Here Comes The Summer
2020
Wandelen buiten, in het groen, in het hoofd...
De Nederlandse dichteres Anneke Brassinga beweerde āwat menselijk maakt, is de verbeeldingā.
Het ongekende en het ongerijmde worden graag getipt als kenmerken van kunst, die in post-coronatijden zelfs als een helend vaccin wordt gezien. Het onverwachte is de muze en het lot van de kunst. Dat de kunst er is, verleent de mens de kans om zich met zichzelf Ć©n met de anderen te spiegelen. Hedendaagse kunst is al lang haar sokkel verloren en houdt zich nog nauwelijks bezig met standbeelden die de geschiedenis markeren of maskeren. Actuele kunst in de publieke ruimte kan monumentaal zijn of 'nietig'. Vol leesbare betekenis of als een strelende rimpeling in het water. Het is aan de bezoeker om uit te maken wat een beeld in de publieke ruimte wel of niet kan betekenen.
Het parcours āHere Comes the Summerā - met vooral werk uit de collectie van het S.M.A.K. te Gent - toont 10 unieke kunstwerken. Kunstwerken waarmee we de ruimte tijdelijk delen maar die, voor wie zich ervoor openstelt, onze blik voorgoed kunnen veranderen. In 2021 wordt bij dit semipermanent parcours een tijdelijk luik georganiseerd dat een wijdere, wereldse kijk geeft op de kunst in de wereld.
Ondertussen tovert de zon de wereld om in de zomer. Tijd voor een wandeling of fietstocht van 5,3 km, langsheen 10 relevante kunstwerken waarover u in deze folder meer kunt lezen.
Heb je de folder liever geprint? Haal jouw fietskaart gratis op in Ć©Ć©n van de volgende verdeelpunten vanaf 14/07: Cc Strombeek, Cultuur Barbar, Toerisme Grimbergen, S.M.A.K. Gent.
Ontdek je het uitgestippelde parcours graag met een audiogids? Deze vind je hier terug. Via de SoundCloud app kan je de volledige audiogids gratis downloaden en dus offline beluisteren.
Philippe Van Snick - Ellips (2006)
Philippe Van Snick (1942-2019) baseert zijn kunst op het decimale stelsel (0-9) dat hij doortrekt naar een palet van 10 kleuren (primaire en secundaire kleuren, zwart, wit en twee metalen), waarmee hij decennialang abstracte kunst maakte die zijn visie en de poĆ«zie uitmaakte van ons leven en de wereld. Philippe Van Snick wist met zijn kleuren ā inclusief de metalen goud en zilver die respectievelijk het geestelijke en het materialistische (geld)voorstellen ā een wereldbeeld te creĆ«ren waarin alle (on)zichtbare elementen van het leven mentaal en visueel gevarieerd worden uitgebeeld.
Philippe Van Snick behoort tot een belangrijke cluster Belgische kunstenaars met o.a. Bernd Lohaus, Guy Mees, Panamarenko, Lili Dujourie en Jan Vercruysse die vanaf de prille jaren zeventig met hun werk op een 'aparte' manier aansluiting vonden bij de betere internationale kunstcircuits. āEllipsā is een geschilderde uitvoering ā zwart op wit ā op de faƧade van Cc Strombeek, daterend van zijn memorabele solotentoonstelling āUndisclosed recipientsā in 2006. Het is een werk dat zijn oorsprong vindt in de jaren 1970-1971. Het is een periode waarin Van Snick op mathematische wijze probeert om vat te krijgen op zijn onmiddellijke omgeving en waarin hij individuele en ruimtelijke krachten probeert te verzoenen. Zijn fascinatie voor de ellips als een dynamisch fenomeen, met daarenboven een belangstelling voor de dynamiek en onrust van materie, verbindt hij in deze schildering tot een teken waarin de onmetelijke noties tijd en ruimte zich in licht en schaduw manifesteren als een 'oneindige' ellips.
Mark Verstockt - Sculptuur (1975)
Geo-abstractie was in de jaren zestig en zeventig kunst die zich onttrok aan de dwang van individuele expressie. Wiskunde en geometrie waren hulpmiddelen om 'schone en rustige' kunst te maken. In het rijtje kunstenaars Paul Van Hoeydonck, Walter Leblanc en Guy Vandenbranden situeert zich de Belgische beeldhouwer, schilder en graficus Mark Verstockt (1930-2014).
Hij kreeg van architect Walter Steenhoudt de opdracht om een permanente sculptuur te bedenken voor de binnentuin van het (nieuwe) cultuurcentrum. Na een mislukte poging met een 'oneindige zuil' van kunststof ā die het begaf tijdens een lokale windhoos ā produceerde Mark Verstockt een mobiele in de vorm van een wit gekleurde abstracte vorm die toen formeel fel deed denken aan het logo van het 'cultureel centrum'. De medewerkers in de omringende burelen waren vrij de sculptuur naar believen te manipuleren, zodat ze altijd naar een 'ander' beeld konden kijken. Dat was al participatiekunst avant la lettre!
In 2005, na verbouwingen en n.a.v. de tentoonstelling āOver een culturele ruimteā, werd het beeld verplaatst naar de vijver aan de centrale inkom van het cultuurcentrum. In het water wordt het witte beeld 'bewegend' weerspiegeld en overleeft de gedachte aan een mobiele omdat mensen rondom het beeld kunnen wandelen en het beeld telkens opnieuw in een andere vorm kunnen zien en ervaren.
Peter Downsbrough - Two Pipes (1970-2013)
Peter Downsbrough (New York, 1940) is een van de kunstenaars die vanaf het einde van de jaren zestig de perceptie rond kunst grondig veranderd heeft. De aard van zijn werk, dat uiterst spaarzaam omgaat met vorm en materie en waarin een prominente rol is weggelegd voor taal, leverde hem zowaar het label op van āconceptueel kunstenaarā. Zijn oeuvre is echter uiterst persoonlijk en ā met meer dan 135 boeken, films, fotoās, maquettes enz. ā extreem divers.
Peter Downsbrough weet zijn weinig opvallende ingrepen met uiterste precisie in de openbare ruimte te plaatsen als subtiele markeringen in urbaan soms chaotische situaties. Zijn werk wordt dikwijls vergeleken met een grafische lay-out waarin de toeschouwer op reĆ«le schaal kan verdwalen in een setting van lijnen en woorden. āTwo Pipesā is een werk dat zijn oorsprong vindt in de vroege jaren ā70 en sindsdien in tal van private en publieke buitenruimtes werd uitgevoerd. Elke versie bestaat uit twee metalen buizen met eenzelfde diameter en een verschillende lengte die loodrecht en op een gelijke afstand van 8 cm naast elkaar worden geplaatst. Hiervoor maakt Peter Downsbrough steeds gebruik van dezelfde industriĆ«le materialen. Hij is niet geĆÆnteresseerd in het plezier van het maken, noch in de esthetische kwaliteiten van het object. Hij vermijdt wat hij omschrijft als āde valkuilā van de verleiding van materialen of van de fysieke arbeid van het proces. Als de vorm van de sculptuur constant is, is het enige dat van belang is immers de ruimte die het bezet. Dit maakt het mogelijk om vooral de externe context bloot te leggen.
Lois Weinberger - Wild Cube (1991)
De Oostenrijkse kunstenaar Lois Weinberger (1947-2020) groeide op in een landelijke streek in Tirol en debuteerde als kunstenaar in de jaren ā70. De basis van zijn oeuvre lag in een politieke en poĆ«tische visie op het begrip ānatuurā.
Lois Weinberger koos bewust voor wat hij zelf ātweederangsnatuurā noemde, met een centrale rol voor wilde planten. Onkruid staat symbool voor de bedreigde vrije geest en voor het individu dat zijn eigenheid en verbeelding koestert, tegen de stroom in, maar het is ook een spiegel en maatstaf voor onze maatschappelijke tolerantie.
Lois Weinberger koos bewust voor wat hij zelf ātweederangsnatuurā noemde, met een centrale rol voor wilde planten. Onkruid staat symbool voor de bedreigde vrije geest en voor het individu dat zijn eigenheid en verbeelding koestert, tegen de stroom in, maar het is ook een spiegel en maatstaf voor onze maatschappelijke tolerantie. āWild Cubeā is een werk dat Lois Weinberger sinds 1991 op verschillende locaties uitvoerde op kleine en grotere schaal. Het is een werk dat toebehoort aan de collectie van het S.M.A.K., dat over het belangrijkste en meest representatieve ensemble van zijn werken beschikt. āWild Cubeā is een haast onooglijke transparante kubieke meter waarin de natuur, te midden van een goed onderhouden gazon, haar gangetje kan gaan. Dit kleine stalen ding, dat eruit ziet als een minimale sculptuur, is te beschouwen als een fragiel teken, een komma in de perfect geconditioneerde groene vlakte zoals dat volgens onze verwachtingen van een gedomesticeerde tuin en strak gereguleerde maatschappij hoort. āWild Cubeā is een symbool voor vrijheid gericht tegen een esthetiek van het Pure, het Ware en tegen de wetten van de Orde. Het oeuvre van Lois Weinberger is ook een ode aan het onkruid ā zijn metafoor voor een wereld die meer en meer verkleurt door al dan niet gedwongen vlucht en migratie.
Willy De Sauter - 2x5+ (2004)
Willy De Sauter (1938) behoort met zijn werk tot de abstracte en op kleur georiƫnteerde tendens in de kunst refererend aan De Stijl, de Amerikaanse color field en Belgische geestesgenoten zoals AmedƩe Cortier en Marthe WƩry. Willy De Sauter combineert zijn arbeidsintensief, veelal met krijt op paneel geproduceerd werk met een opmerkelijk oog voor de omringende ruimte en architectuur.
Zijn tentoonstellingen getuigen van een precieus, puntgaaf gevoel van hoe zijn werk te verhouden tot onze leefomgeving. Het kunstwerk ā2x5+ā werd in 2004 geĆÆnstalleerd op de toen nieuwe (blinde) muur die komaf maakte met de voormalige (specifieke) ramen en glazen deur, waardoor een donkere hoek ontstond naast de bibliotheek. Willy De Sauter gaf deze plaats letterlijk weer licht met 5 x 2 identieke semi-transparante panelen polycarbonaat, binnenin verlicht met een verticale tl-lamp. Van verderaf wordt de interactie zichtbaar tussen dit werk en de structuur van het achterliggende appartementsgebouw. ā2x5+ā is abstract, maar ook niet: de omgeving van het cultuurcentrum is deel geworden van het kunstwerk dat 's avonds niet alleen een bijzonder mooi beeld oplevert, maar ook een gevoel van veiligheid en welbevinden.
Ruth Sacks - In Case Of Ships (2008)
Ruth Sacks is een Zuid-Afrikaanse kunstenares geboren in 1977. Zij woont en werkt in Johannesburg. Sacks onderzoekt historische momenten in de kunst, architectuur en toegepaste kunst. Ze werkt met fictieve verhalen. Sacks creƫert nieuwe ficties door bestaande teksten en motieven te herzien of nieuwe narratieven te ontwikkelen. In haar praktijk ligt de nadruk op het gebruik van typografie, vormgeving en taalsystemen.
Ze werkt vooral met installaties, tekst en performances. "In de tijd dat ik in Gent woonde, maakte ik een loopplank vergelijkbaar met de bruggen die gebruikt worden op kanaal- en rivierboten. Het werk moet geĆÆnstalleerd worden op de rand van het dak en/of leunend uit een raam van een gebouw. Mijn idee was om bij de bezoeker speculaties uit te lokken over de verschillende mogelijke situaties (letterlijk en figuurlijk) waarin de plank zou kunnen worden aangesloten op een voorbijkomend schip."
Rui Chafes - Kranker Engel (2001)
De Portugese kunstenaar Rui Chafes (1966) is sterk beĆÆnvloed door Duitse denkers en schrijvers uit de Late Romantiek. Friedrich Nietzsche, Rainer Marie Rilke, Georg Trakl en Gottfried Benn boeien hem sinds lange tijd, evenals Friedrich Hƶlderlin, Heinrich von Kleist en Novalis (wiens werk hij vertaalde naar het Portugees). Efemere installaties maakten in 1987 plaats voor sculpturen in zwart gecoat ijzer. Romantische themaās zoals de natuur, het spirituele, het sublieme, twijfel, verlies... zijn het onderwerp van de ongrijpbare sculpturen die Rui Chafes sindsdien produceert.
āKranker Engelā is een bijzonder poĆ«tisch werk dat beweegt op het ritme van de seizoenen: pas in de winter, als alle zomeractiviteiten zijn afgelopen en de boom haar bladeren verliest, ontwaakt het werk en hangen de gitzwarte bollen verspreid in de kruin van de boom. Die zware stalen bollen verhuizen in de zomer in een soort archeologische rustplaats naast de boom, als een 'ondergronds' verlangen naar een nieuwe winter. "Een trieste boom in de winter. Een vreemde verschijning in het midden van het bos. Om het even welke boom in om het even welk bos of veld, want deze sculptuur beweegt, zij heeft geen definitieve plaats, zoals elke engel. Een boom die tijdens de winter zijn bladeren heeft verloren. In de winter is het bos bevroren en leeg. Naakt. De kale takken met hun bevroren, grijze takken krijgen een menselijke gedaante. Zoals een verschijning, alleen tegen de hemel in het koude winterbos, ontwaart men een zeer fijn figuur dat zware, zwarte tranen laat vallen. Een zieke engel die wil opstijgen." (Rui Chafes, Lissabon 2001.)
Barry Flanagan - Untitled Sculpture (1980)
Barry Flanagan (1941-2009) was een centrale figuur in de jaren ā60 en ā70. Als enige Britse kunstenaar nam hij in 1969 deel aan de baanbrekende tentoonstellingen āWhen Attitudes Become Formā in Kunsthalle Bern en āOp Losse Schroevenā in het Stedelijk Museum Amsterdam. In 1982 vertegenwoordigde hij Groot-BrittanniĆ« op de BiĆ«nnale van VenetiĆ«.
āUntitled (Sculpture)ā is een werk uit 1980 en destijds de blikvanger op de tentoonstelling āKunst in Europa na ā68ā (1980) in het Museum van Hedendaagse Kunst te Gent. Voor die tentoonstelling werd deze sculptuur op monumentale schaal uitgevoerd met de medewerking van de firma Sidmar nv Gent. Uit een monumentale staalplaat ontplooien zich twee autonome vormen. De spiraal lijkt organisch gegroeid uit het harde staal. Daartegenover staat een strengere vorm, die veel bruusker uit het vlak treedt. Bij het tot stand komen van de sculptuur was de ingenieur verrast dat de intuĆÆtie van de kunstenaar samenviel met zijn berekeningen. Van groot belang voor Barry Flanagan is het gedrag van de materialen tegenover sculpturale processen. Als kunstenaar zet hij een stap terug om te zien hoe materialen zich gedragen. De Franse schrijver en poĆØte maudit Alfred Jarry was met zijn patafysica (een absurdistische parodie op de moderne wetenschappen) van grote invloed op Flanagans werk en denken. Het tegelijk massieve en vederlichte stalen kunstwerk activeert de groene cultuurhistorische omgeving van het Prinsenbos. Het is alsof een kind hier met papier en schaar een vorm knipte die hier nu via het werk van Barry Flanagan speels, monumentaal en poĆ«tisch in het zomerse groen werd geplaatst.
Lili Dujourie - Aubade (2002)
Lili Dujourie (1941) wordt vanaf het begin van de jaren zeventig samen met Chantal Akerman, Marthe WĆ©ry en Jacqueline Mesmaeker beschouwd als Ć©Ć©n van de belangrijkste vrouwelijke kunstenaars in ons land. Zij manifesteerde zich eind jaren ā60 aan de zijde van kunstenaars als Guy Mees, Jan Vercruysse, Jacques Charlier en Panamarenko ā een periode waarin vrouwen nog āzeldzaamā waren in een dominant mannelijke kunstwereld. Zij is een pionier wat betreft video en zoekt met haar werk steeds āopenā inhouden via motieven uit de kunstgeschiedenis, literatuur en muziek.
Lili Dujourie maakt niet zelden het smalle gebied tussen aan- en afwezigheid zicht- en voelbaar en dat evoceert ze met sculpturen waarin de leegte sporen suggereert van 'voorbijgaand' leven. Haar oeuvre is uiterst broos en fragiel; ze gebruikt gips, fluweel en ook stukken (symbolisch-beladen) lood waarmee ze zacht-inhoudelijk refereert aan bijvoorbeeld de Vlaamse Primitieven en de alchemie. āAubadeā werd gerealiseerd in het context van de openluchttentoonstelling Grimbergen 2002 en vond een plaats in de ruĆÆne van het donjon in het Prinsenbos. Daar sloot Lili Dujourie Ć©Ć©n van de open āramenā af met een plaat zachtroze marmer. Deze eenvoudige, minimale ingreep nodigt uit om stil te staan en te genieten van de verstilde, prachtige dialoog tussen het gefixeerde marmer in de ruĆÆne en de lichtjes kabbelende (weer)spiegeling ervan in de vijver. De mooie roze kleur ontlokt via de hoofse titel van het werk "Aubade" (lyrische ochtendgroet) een mijmering. Daarin voegt de kunst zich naadloos bij het poĆ«tisch escapisme dat deze idyllische hoek van het Prinsenbos evoceert.
Lawrence Weiner - Stars Don't Stand Still in the Sky (1991)
De Amerikaanse kunstenaar Lawrence Weiner (1942) wordt algemeen beschouwd als een pionier van de zogenaamde conceptuele kunst. Een kunstrichting uit het midden van de jaren zestig en die ten onrechte wordt afgeschilderd als saai en elitair.
Lawrence Weiner was ooit zelf schilder, maar hij wist nooit helemaal te voldoen aan de esthetische verwachtingen van zijn opdrachtgevers. Omwille van onder meer die reden wist Lawrence Weiner zich te beperken tot het gebruik van taal als medium om bij de toeschouwer zĆ©lf mentale sculpturen tot stand te brengen ā dankzij het menselijke vermogen van en tot verbeelding. Lawrence Weiner laat de taal rollen tot een persoonlijk en bijgevolg niet te controleren of te censureren act van vrijheid. In 1968 schreef Lawrence Weiner een soort van intentieverklaring over zijn artistieke positie ā deze blijft tot vandaag geldig. 1. De kunstenaar kan het werk uitvoeren. 2. Het werk kan uitgevoerd worden door iemand anders. 3. Het werk moet niet uitgevoerd worden. Elk van deze mogelijkheden heeft dezelfde waarde en stemt overeen met de intentie van de kunstenaar. De beslissing betreffende de toestand van het werk ligt bij diegene die het eventueel in ontvangst zal nemen. āStars Donāt Stand Still In The Skyā is een editie uit 1991. Het is een kort statement dat tot eenieders verbeelding kan spreken. De locatie, tussen de Grimbergse sterrenwacht en de abdijkerk in Grimbergen, plaatst het werk tussen wetenschap en religie ā twee domeinen waarin de mens op zoek is naar uiteenlopende zingevingen. De keuze voor een button als drager typeert Lawrence Weiner die, buiten de fora van galeries en musea om, vaak democratische dragers voor zijn werk kiest.